Van mensen van voorbij naar de mens die komt

1 december 2018 door

Afgelopen zondag hebben we de mensen van voorbij herdacht. Op de liturgie stond het volgende gedicht, afkomstig uit de bundel Licht, geschreven door Coot van Doesburgh.

’t Leven is wonderlijk,
mooi en uitzonderlijk,
schimmig en echt.
’t Leven is meesterlijk,
treurig en feestelijk,
vals en oprecht.

Achter de wolken schijnt altijd de zon wel weer.
maar na een dag licht  wacht altijd de nacht.
Het wisselt, het schuift, en verandert,
het gaat heen en gaat weer:
deze keer zwakte, een and’re keer kracht.
Enz. ….

Na de laatste regel kun je weer van voren af aan beginnen: Het leven is wonderlijk, mooi en uitzonderlijk, schimmig en echt … enz, enz. Zo gaat het ook met het leven der kerk, en de gang van het Kerkelijk Jaar. Met Advent beginnen we weer alsof Jezus voor het eerst naar de wereld komt.

Eeuwige rondgang of recht naar het einddoel

Er wordt wel beweerd dat het Christelijk geloof een lineair systeem is. Daarmee wordt een historisch gezien voortgaande lijn bedoeld die uiteindelijk uitmondt in het beoogde doel, de voltooiing van de schepping, of de komst van het Koninkrijk van God. De gedachte is dan dat we daar in een lineaire ontwikkeling langzaam steeds dichterbij komen. Tegenover dit lineaire, progressieve systeem dat typisch Christelijk en Westers zou zijn, staat dan het cyclische denken dat meer in verband wordt gebracht met Oosterse beschouwingen, waarbij de werkelijkheid als steeds in een cirkel bewegend wordt gezien. Daarin staat dan niet een rechte voortgaande ontwikkeling centraal, maar de eeuwige terugkeer der dingen. Voorbeelden van cyclische processen betreffen b.v. de tijden van vruchtbaarheid van dieren en mensen, of de vier jaargetijden in de natuur, die zich telkens herhalen, of de Oosterse gedachte van re-incarnatie: het rad van wedergeboorte. Maar het Kerkelijk Jaar, dat ieder jaar zijn feestprogramma draait, vind ik toch ook een mooi voorbeeld van cyclisch denken. We beginnen Advent dit jaar, enigszins ongebruikelijk, met de viering van de maaltijd. Een sobere viering aan het begin van een tijd van: Verwacht de komst des Heren, uitzien naar een echt, waar mensenkind.

Hartelijke groeten,  ds. Fokko F. Omta