Icarus Gevallen

4 september 2021 door

Het verhaal van de Zondeval (Adam en Eva) kent u vast wel. Maar de verhalentraditie van het Oude Griekenland kent eveneens een verhaal van zondeval, of tenminste van hoogmoed die dikwijls aan de val voorafgaat. Icarus is een jongeman uit de Griekse mythologie, die met zijn vader Daedalus gevangen zit in een labyrint op Kreta. Levensgevaarlijk daar, want het labyrint wordt onveilig gemaakt door een reusachtige, boosaardige stier, de Minotaurus. De twee konden niet ontsnappen of het moest zijn door de lucht. Nu was vader Daedalus een vindingrijk en kundig man. Hij maakte vleugels van  veren, in een raamwerk van ultra-light vliegerhout, aan elkaar gelijmd met bijen-was. De zon schijnt op de dag waarop beide luchtvaart pioniers opstijgen. Vader Daedalus waarschuwt Icarus om vooral niet te hoog, niet te dicht bij de zon te vliegen, dan zou de bijenwas die de vleugels bijeenhield smelten. Het ging wonder wél en Icarus werd er zo blij van – dat hij dit toch kon! –  en ook een tikkeltje overmoedig. Zo kan ik overal wel heen vliegen, riep hij: “the sky is the limit”. En hij vloog hoger en hoger, ondanks de waarschuwing van zijn vader. De vleugellijm van bijenwas begon te smelten en de veren lieten los. Icarus stortte in zee en verdronk.

Beeld van de 21-ste eeuwer
‘Icarus Fallen’ is een boek van de Franse filosoof Chantal Delsol. De gevallen ICARUS is volgens haar een goed beeld voor de moderne mensen die wij zijn, een weerspiegeling van onszelf en van het levensgevoel van velen in deze tijd aan het begin van de 21e eeuw. Immers, zoals Icarus naar beneden is gekelderd, zo worden wij vanaf het begin van de huidige eeuw aan alle kanten hard met onze neus op feiten gedrukt, waar we liever overheen zouden fladderen. En dat, terwijl we toch voortkomen uit 200 jaar Verlichting, vooruitgang en optimisme, waarin alles voor de wind leek te gaan. Zowel het nu tanende Christendom als het Humanisme: beide koesteren tenminste drie grote doelen voor de mensheid: nl. het elimineren van oorlog, van ziekte en van armoede. En zo’n dertig jaar geleden, leek dat niet eens zo’n onmogelijke zaak. Wereldvrede kwam toch echt in zicht na de val van de Muur in 1989. Dat werd wel omschreven als het ‘einde’ of liever gezegd, als het ‘doel’ van de geschiedenis.
Want met de val van het IJzeren Gordijn hadden de liberale democratie en de vrije markt van het Westen nu toch duidelijk gezegevierd. Velen dachten dat nu alle landen en volken in de wereld ook wel zouden kiezen voor democratie en vrije markt. En inderdaad, de vrede tussen Oost en West bleek goed voor een bijna explosief groeiende wereldeconomie. In China b.v. zijn sindsdien wel 200 miljoen mensen naar boven de armoedegrens gestegen. Niet alleen vrijplaats voor handel, de aarde werd evenzeer een speeltuin voor vrij reizende toeristen – waar dan ook naar toe.
Punt was alleen dat deze globalisering onze wereld ook heel kwetsbaar maakt. De millennium-wisseling (2000) was al heel spannend vanwege alle computersystemen die op hol konden slaan. Maar ook werd de wereld steeds kwetsbaarder voor pandemieën, waartegen de Wereld Gezondheids Raad al ver vóór Corona heeft gewaarschuwd. Maar de grote schok, die met de terugtrekking uit Afghanistan opnieuw ná-déndert, was natuurlijk (11-9-2001) dat een kleine, goed georganiseerde terreurgroep rond Osama bin Laden vanuit een spelonk in de Afghaanse bergen  het grootste en machtigste land ter wereld (USA) in het financiële en culturele hart kon treffen; en op zijn grondvesten deed wankelen.

Gehoorzaam zijn als mens
Kortom, in de 90-er jaren kon je nog denken (net als Icarus) dat we steeds dichter bij de zon kwamen en bij het licht: steeds dichter bij wereld-vrede en -welvaart voor steeds meer mensen; en ook dat krankheid en ziekte steeds verder worden teruggedrongen. Met daarbíj: steeds meer vrijheid voor steeds meer mensen. Maar net als Icarus zijn we inmiddels lelijk naar beneden gedonderd. Icarus had het in zekere zin makkelijker, hij verdronk. Maar wij zijn in het gevaarlijke en onvoorspelbare labyrinth dat leven heet teruggevallen en moeten verder, opnieuw op zoek naar “betekenis” en “zin” in een onzekere wereld. Natuurlijk heb ik niet zo maar even een oplossing. Wel wil ik hier een oude tekst doorgeven, die mij altijd zeer heeft aangesproken. Het is een aansporing van de apostel Paulus. En het tweede stukje gaat over de grondlegger van het Christendom.

Streef naar eensgezindheid, wees één van geest.
handel niet uit geldingsdrang of eigenwaan,
maar acht in alle bescheidenheid de ander belangrijker dan u zelf.
D.w.z.: heb niet alleen uw eigen belang voor ogen,
maar ook die van een ander.

 Laat die gezindheid onder u heersen, die Christus Jezus had.
Hij, die de gestalte van God had,
hield zijn gelijkenis aan God niet krampachtig vast, maar liet het los.
Hij nam de gestalte aan van een dienaar.
Hij werd gelijk aan een mens …
en als mens … werd hij gehoorzaam.
  (Philippenzen 2)

Het is bepaald geen kant en klaar antwoord. Maar wel een uitnodiging om te mediteren over de vraag:
|wat wil dat zeggen volgens jou: gehoorzaam zijn ALS mens?