Paastijd (2)
2 mei 2023De oorsprong van het Paas-geloof
In Paastijd (1) ging het over een oudere vrouw wier man overleden was. Enkele weken na de uitvaart had zij de ervaring dat hij bij haar in de kamer stond, en na een paar bemoedigende woorden weer verdween. En mijn vraag is: zou je de verschijningen van Jezus na zijn dood aan zijn volgelingen ook zo kunnen opvatten? En zo ja, wat zegt dat dan over hoe je “opstanding uit de dood” kunt zien? Degene die hier het eerst over heeft geschreven is niemand minder dan de apostel Paulus. Hij schrijft in een brief aan Korinthe:
Christus is op de derde dag opgewekt, zoals in de schriften staat;
en hij is verschenen aan Petrus, vervolgens aan de 12 leerlingen.
Daarna is hij verschenen aan meer dan 500 volgelingen tegelijk …
Ook verscheen hij aan Jakobus en aan alle apostelen.
Pas op het laatst is hij ook aan mij (Paulus) verschenen,
aan het misbaksel dat ik was ….
Waarom noemt Paulus zichzelf een ‘misbaksel’? En: wanneer had híj́ dan een verschijning meegemaakt?
Want Paulus heeft meen ik Jezus zelf nooit meegemaakt, hoe kon hij dan weten dat het Jezus was?
Saulus (Paulus) de fanatiekeling
Paulus behoorde eerst bepaald niet tot de aanhangers van Jezus, in tegendeel. Zijn naam was toen nog: Saul of Saulus. Hij was theologisch opgeleid door een vooraanstaand leider der Farizeeën, genaamd Gamaliël. Als na de terechtstelling van Jezus, geruchten ontstaan over zijn ‘opstanding uit de dood’ en de Jezus-beweging zich als een olievlek verspreid, ontpopt de jonge farizeeër Saulus zich als een gebeten bestrijder van deze plaag. Met een knokploeg verstoort hij bijeenkomsten, niet alleen in Jeruzalem. Ongeveer drie jaar na de dood van Jezus, krijgt hij toestemming om zelfs helemaal in Damascus de Christus-aanhangers te vervolgen. Maar onderweg gebeurt er iets bijzonders, zoals vermeld in het boek Handelingen (Cp.9):
Toen Saulus onderweg was en Damascus naderde, werd hij plotseling omstraald door
een fel hemels licht. Hij viel op de grond. en hoorde een stem tegen hem zeggen:
“Saul, Saul, waarom vervolg je mij?”. Hij vroeg: “wie bent u, heer?”.
Het antwoord was: “Ik ben Jezus, die jij vervolgt. Maar sta op
en ga de stad in. Daar zul je horen wat je moet doen”.
De mannen die bij Saulus waren hoorden wel zijn stem, maar zagen niemand.
Van de beoogde strafexpeditie komt niets terecht. Saulus lijkt met blindheid geslagen. Volledig van de kaart, neemt hij zijn intrek in een herberg. Terwijl hij tot niets in staat is, gaat zijn hele leven op de schop en in korte tijd komt hij tot een totaal nieuwe kijk op zijn leven. Hij krijgt bezoek van een zekere Ananias die tot de kleine Christengemeenschap in Damascus behoort. Dit bezoek wordt beslissend voor zijn verdere leven. Deze Ananias legt zijn handen op het hoofd van Saulus en zegt:
Saul, broeder, ik ben gezonden door de heer, door Jezus,
die aan u verschenen is op de weg hierheen.
Ik moet u zeggen dat u binnenkort weer kunt zien
en vervuld zult worden van de Heilige Geest.
De uitkomst is dat Saul, de vervolger een nieuwe naam krijgt: Paulus, Kleine, die vervolgens Grote pleitbezorger wordt voor de weg en de boodschap van Christus. Volgens de overlevering is het Paulus geweest, die vanuit Klein Azië (het huidige Turkije) de oversteek naar Griekenland heeft gemaakt om ook Europa bekend te maken met Jezus Christus.
Als laatste ook aan mij verschenen
Bijzonder is dus dat de latere Paulus zijn ervaring op weg naar Damascus gewoon opneemt in de rij van “verschijningen” van Jezus Christus aan zijn eerste volgelingen en vrienden, te beginnen op die eerste opstandingsdag van Pasen. Paulus had Jezus nooit in levende lijve gezien. Ook niet op weg naar Damascus. Maar het leven en optreden van de Heer, diens woorden en daden werden gaandeweg zijn grote en enige inspiratie. Jezus, de gekruisigde, was bij hem aan boord gekomen als de levende Heer: niet door het fanatisme van Saulus/Paulus te veroordelen. Maar met een weerloze, ontwapenende vraag: waarom vervolg je mij?
Toen ging hem een nieuw licht op, verblindend en overdonderend eerst.
Maar het leidde ertoe dat hij, Paulus, zélf ging opstaan in een nieuw leven.
Christus was opgestaan voor hem; en ín hem.
Niet lichamelijk, maar spiritueel, als blijvende inspiratie en kracht van Geest.